Datum: D.V. zaterdag 30 mei 2015
Plaats: Triumfatorkerk, Marco Pololaan 185, 3526 GB UTRECHT
Aanvang: 10.00 uur, zaal open 09.00 uur
Sluiting: 15.30 uur

Bekeert u, Jezus komt!

Ben ik op de goede weg om Jezus te ontmoeten als mijn Bruidegom?

Bekering houdt in het zich afkeren van de vreemde goden, een radicale breuk met de zonden en zich richten, zich wenden tot God. Dit betekent dat men zijn denkrichting en zijn levenshouding verandert. Het komen tot andere gedachten, het verkrijgen van een andere gezindheid van het hart. Een bekering is innerlijk. Het gaat om een innerlijke omkeer en vernieuwing van hart en levenswandel. Een inwendige verandering van gezindheid gepaard gaande met spijt (met afschuw over vorige zonden) en boetvaardigheid. Men moet het evangelie geloven, dat is de blijde boodschap van verzoening met God, door het offer van Zijn Zoon.
Er is ook een uiterlijke kant. Men moet de vreemde goden wegdoen. In het mensenleven moet zichtbaar worden, dat men zich bekeerd (omgekeerd) heeft. Het afsterven van de oude mens en de opstanding van de nieuwe mens (Rom. 6: 6). Mat. 3: 8 Brengt dan vruchten voort, der bekering waardig houdt in dat in iemands levenswandel zichtbaar is dat hij/zij zich daadwerkelijk bekeerd heeft (Luk. 3: 10 –14).
Een oproep tot bekering is dus een positieve oproep tot het breken met de zonden om vervolgens onder belijdenis van zonden terug te keren tot God en het hart volkomen te richten op de Heer, opdat Hij vanuit Zijn volheid zal/kan schenken.

De bekering bestaat in het doen van die besliste keuze tussen God en de zonde, waarbij ons verstand, onze zin, onze wil en ons gedrag zodanig veranderd worden, dat wij niet meer de wereld en de zonde, maar alleen God willen dienen en in heilige wandel met en voor Hem leven (Efe. 4: 23, 24; 5: 8).

Het gaat om toetreding tot het van Godswege geschonken heil en het nieuwe leven door de Geest. Daarom is deze bekering noodzakelijk en omvat de hele mens, dringt diep door in zijn hele leven, in zijn totale wezen. Jezus Christus wordt het middelpunt van zijn bestaan:
Gal. 2: 20 Ik ben met Christus gekruist; en ik leef, [doch] niet meer ik, maar Christus leeft in mij; en hetgeen ik nu in het vlees leef, dat leef ik door het geloof des Zoons van God, Die mij liefgehad heeft, en Zichzelven voor mij overgegeven heeft.
‘Christus leeft in mij’; ik geloof in Hem en ga verlangend uitzien naar Zijn komst.